Rotterdam - Eenzame uitvaart Nummer 1
Albertus Antonius de Blauw
13 januari 1933, Rotterdam - 5 november 2007. Rotterdam
woensdag, 14 november 2007, Begraafplaats Crooswijk, 9.30 uur
dichter van dienst: Rien Vroegindeweij
Omdat dit de eerste uitvaart in Rotterdam is die volgens de samenwerkingsovereenkomst SoZaWe & Stichting de Eenzame Uitvaart door een dichter zal worden bijgestaan, zal ik als coördinator voor Rotterdam als eerste dichter van dienst optreden. Op vrijdagochtend 9 november 2007 krijg ik de telefonische melding van heer P. Boertjes van de afdeling Stedelijke Zorg team WOL (Wet Op Lijkbezorging).
De gegevens over de overledene zijn zeer summier. Er is sprake van een huisgenoot of een hulp, maar deze heeft te kennen geven niet bij de begrafenis aanwezig te zullen zijn. Het beroep dat de overledene heeft uitgeoefend is niet bekend. Opvallend is dat de man nooit zijn AOW heeft opgevraagd. Begrafenisondernemer Goetzee bericht later op de dag dat de teraardebestelling op woensdag 14 november 2007 om 9.30 uur zal plaatsvinden op de begraafplaats Crooswijk aan de Kerkhoflaan te Rotterdam.
Ik heb Daniël Dee, die bij een volgende eenzame uitvaart de dichter van dienst zal zijn, gevraagd mee te gaan. Samen rijden we naar Crooswijk. Onderweg vertel ik dat de overledene in de Zeisstraat op Zuid is gestorven en dat een goede vriendin van mij Crucifix heet en vroeger op de Kerkhoflaan woonde. De dood zit in de woorden.
Bij het hek van de begraafplaats wachten we op de lijkauto. Het is een koude maar heldere ochtend. Omdat dit, zoals gezegd, de eerste 'eenzame uitvaart' in Rotterdam is, melden zich de heren Eric Verstraaten - van Beek, Teamchef Team 3 van Stedelijke Zorg en medewerker Ron Momberg. Ook Chris Vemer van Radio Rijnmond is aanwezig voor een korte reportage die 's avonds wordt uitgezonden, en John van Tiggelen van Boekhandel v/h van Gennep, die een foto van de gebeurtenis voor hun website zal maken. We lopen achter de lijkauto aan regelrecht naar het graf. Ik lees mijn gedicht:
Uitvaart
Mijnheer de Blauw uit de Zeisstraat op Zuid,
Wij hebben elkaar niet gekend, het had gekund,
Dat onze levenspaden zich hadden gekruist
Op enig moment, op zomaar ergens een punt.
Een punt in de tijd, zomaar ergens hier of daar,
In de stad, op een werk, het is misschien ooit
Gebeurd dat wij anoniem en zwijgend elkaar
Zijn gepasseerd, wie weet, je weet het nooit.
Het is niet zo vreemd dat ik u niet heb gekend
Maar dat u voor mij bestaat nu u er niet meer bent,
Is raar op z'n minst: daarom schreef ik deze woorden
Dat is mijn werk, woorden vinden voor een afscheid
Aan een eenzaam graf, een afscheid van de tijd,
De onontkoombare tijd die alleen u toebehoorde.
Ik leg het gedicht op de kist. Als deze is gedaald, verlaten we de plaats van het graf en de begraafplaats en gaat ieder zijns weegs.
© voor gedicht en verslag: Rien Vroegindeweij